“LIEF EN LEED IN DE DUIVENSPORT” Door Rudy Fosselle Door de bomen het bos niet meer zien !
23 Nov 2025
November !
Een sombere maand maar ook de maand waar straks weer veel zal gekoppeld worden , de selectie zal bij de meesten onder ons al geschiedt zijn.
Selectie , het “toverwoord” die per slot van rekening straks weer de doorslag zal geven als er weer wordt gevlogen. De vraag is hoe hoog je de lat legt bij die selectie ? De ene liefhebber zal de lat al wat hoger leggen dan de andere . Elke discipline is anders , snelheid, halve fond en fond . Snelheidsspelers weten natuurlijk veel vlugger welk vlees ze in de kuip hebben dan bvb een fond speler , daar duurt het al wat langer .
Op eigen hok moeten oude en jaarlingen toch de helft van hun prijzen 1 op 10 gewonnen hebben zonder dubbelingen wel te verstaan ! Wat jonge duiven betreft is er een groot verschil , hangt ervan af hoe ze worden gespeeld . Wie uitsluitend met jonge vliegt is er meestal van de eerste vlucht bij, worden op weduwschap of op nest gespeeld.
Wie eerder later start (zoals wij) en ze amper 7 x 155 km laat vliegen zal ze natuurlijk minder op prestatie' s kunnen selecteren . Alhoewel wij toch graag zien dat ze zich eens laten “flitsen” ook al worden ze later voor de eerste keer ingekorfd en moeten ze het onmiddellijk opnemen tegen jonge duiven die dan al voor de zevende maal een Noyon vliegen !
WAT GOED IS KOMT SNEL !
Heel vaak laten ze vlug zien uit welk hout ze gesneden zijn of je nu snelheid , halve fond of fond speelt . Het is een kwestie van op het einde van een seizoen te weten wie mag blijven of niet ! Ongeacht hun prestatie als jonge duif , onze beste jaarlingen en oude duiven waren daarom niet altijd onze beste als jonge duif . Dit heeft ook te maken met hoe goed je uw duiven kent .
VERSTERKINGEN !
De tijd dat mensen thuis bij de liefhebber ging aankloppen om wat versterking te halen ligt reeds lang achter ons ! De “lichtbak” biedt u alle dagen versterking aan , de tijd van zaalverkopen dat is zo goed als verleden tijd . De nostalgie van toen is niet meer , geen gezwaai van kranten om te bieden waarbij de oproeper van dienst de bieder bijna niet zag staan van de rook die in de zaal hing . Waar vaak de mensen drie rijen dik stonden om toch maar een glimp op te vangen van de te koop tentoon gestelde duiven !
Vandaag is het bieden via internet zonder bijna de mogelijkheid om de duiven in de hand te nemen . Je kan dag en nacht bieden jaar in jaar uit van de ene site naar de andere , van bevlogen jonge tot totale verkopingen of gedeeltelijke . Mijn bedenkingen heb ik bij verkopingen van een bepaald jaar en ouder . Je ziet dan dat het vaak gaat om een paar honderd duiven en toch worden ze steeds verkocht . De duif hoeft niet eens een prijs gevlogen te hebben , het gaat dan om een kind ,kleinkind, zus, broer , achterkleinkind en ga zo maar door ! Het is de koper die beslist of hij toehapt of niet en het is allemaal legaal , het mag en er is niets verkeerd mee .
Persoonlijk hou ik het bij versterking halen bij de liefhebber thuis , het contact met de mens is voor mij van groot belang . En heel dikwijls ben ik er goed mee gevaren zo waren het de voorbije jaren de Gebroeders Vandenbrande , Lambrechts Cyriel, Wijlen Roger Buvens, André Vanhoute .Albert Derwa, Maes Anthony, Chris Debacker, Wilfried Vandemaele , Gommaire Verbruggen. Meestal ging het maar om een paar duiven , geen massa en vaak was het bingo ! Het is een kwestie van vertrouwen en een verkoper die zichzelf respecteert zal u zomaar niet met een kluit in het riet sturen. Er zijn er andere ook natuurlijk die enkel op uw “portomoné” uit zijn , maar geloof me daar moet je niet zijn . Je kan met een aangekochte duif ook tegenslag hebben maar een verkoper die zichzelf respecteert die zet dat recht !
LEVEN EN LATEN LEVEN!
Wie graag verkoopt moet dat doen en er wordt heel wat aangeboden en met recht voor degene die goed presteren . Mocht niemand verkopen dan zou je ook de kans niet hebben om u te versterken maar er zit heel wat verschil op . Het is aan de koper om een keuze te maken en wat hij er wil in investeren ? Dure soep hebben wij ook al gedronken en dat is normaal , het zijn niet allemaal goede en dat kan ook niet . Een bijgehaalde duif krijgt hier twee jaar de kans , lukt het niet dan vertrekt ze . Ze worden niet op een of andere “lichtbak” gezet om door te verkopen . Het is o zo moeilijk een kweekkoppel te ontdekken . Wanneer je er toch zo een hebt draag er zorg voor want het kan plots voorbij zijn . Voor mij is een goed kweekkoppel waar je regelmatig een zeer goede duif uit kweekt , en natuurlijk zijn het niet allemaal goede . Wanneer je het geluk hebt er eentje te bezitten waar je winnaars tot in de vierde generatie uit kweekt , ja dan zit je op rozen !
GELUK !
Met het kweken moet je natuurlijk wat geluk hebben , de meeste kans heb je natuurlijk met klasse duiven . Veel liefhebbers kweken uit alles wat “ronkt” met de gedachte “je weet maar nooit” . Persoonlijk hou ik daar niet van en doe er ook niet aan mee vandaar dat wij totaal spelen ! Ik hoef geen duivinnen die niet gepresteerd hebben wat natuurlijk geen garantie op een goede kweekduif is . Maar liever uit een duif kweken die toch goed gepresteerd heeft dan uit eentje waar je niets van weet . Of je iets kan doen om in de goede soort te blijven ?
Ja daar ben ik van overtuigd op voorwaarde dat je eerst over die goede kwekers beschikt !
Dit waren meer dan vijftig jaar geleden mijn eerste lessen in de duivensport , als kind had ik het geluk een leermeester te treffen die zijn gelijke in de snelheidsvluchten niet kende . Een echte liefhebber in de ware zin van het woord , een duif nam hij in zijn handen alsof het een diamant was . De liefde voor zijn duiven waren met geen woorden te beschrijven wat niet wil zeggen dat hij geen selectie door voerde , in tegendeel zelfs .
Wanneer je over een goed kweekkoppel beschikt zorg dat je er ieder jaar een koppel zomer jonge uit kweekt . Wanneer je dat doet en er dan de mooiste uit selecteert en een jaar later terug op je beste koppelt zal de concurrentie u niet snel van de plank spelen . En zo komen we terug bij verkopen terecht , je kunt ze zelf niet houden en tegelijkertijd verkopen !
De meeste koppels op het kweekhok kweken drie ronden en dan is het gedaan , je moet er wat zorg voor dragen .
Ook uit stambomen van goede duiven kun je heel wat leren . Gommaire Verbruggen meer dan een halve eeuw aan de top is er een meester in . Je moet er maar eens zijn stambomen op na kijken , zijn strategie hoe hij koppelt . De man uit Scherpenheuvel zou wel eens kunnen geholpen worden door de Heilige grond niet te ver van zijn deur maar dat geloof ik niet . Gommaire kent de kunst van het kweken en dat bewijs wordt al meer dan een halve eeuw geleverd . En natuurlijk moet er af en toe een verse scheut bloed bijgehaald worden en ook Gommaire deed dat in de vorm van twee zonen van “SERO SERO” (Anthony Maes) .
Het resultaat is inmiddels al lang geen geheim meer “SUPERSTAR 645” zoon van die weergaloze “SERO SERO” ontpopte zich tot een superkweker ten huize Verbruggen . Heel interessant om die stambomen eens uit te pluizen . Dit is slechts een voorbeeld van de zovele , het draait vaak om één bepaald koppel . Een ander voorbeeld is dat superkoppel van Chris Debacker “Georges” X “Mieke” (Chris Debacker heeft ook een vinger in de pap bij de kweek van “sero sero”).
Meer daarover een andere keer .

